Volgende 16-10-2003
Hoofdmenu
Vorige 14-10-2003
Open deze kmz file 20031015.kmz uit de directory GoogleEarthfiles in Google Earth.
Foto's 031015-001 t/m 031015-035. Ze staan in dit zip-bestand.
Alweer een geheel andere erg mooie reisdag. Verslapen, we schrokken om 8 uur wakker! Zodoende vertrokken we pas om 10.15 uur na tanken en boodschappen ed., dit alles bij Ruby's Inn.
Deze dag leidt om te beginnen in de richting van
Escalante. Voor en na het kleine Tropic (dat zijn naam allesbehalve eer aan
doet) wordt het landschap gedomineerd door landbouw op kunstmatig bevloeide
akkers; alleen enkele paarden die in de Paria River staan te drinken, zorgen
voor enige afwisseling. Op vele plaatsen is de armetierige rivier niet veel meer
dan een wash, die echter afhankelijk van het weer plotseling kan zwellen.
En dat er ooit een enorme hoeveelheid water in moet hebben gestaan, is te zien
aan de akkers. Opvallend contrastrijk steekt het in cultuur gebrachte bouwland
af tegen de ruige steenwoestenij aan de andere kant van het dal, een zoveelste
bewijs voor de traditionele vaardigheid van de mormonen om onvruchtbaar, verzilt
land - zie Salt Lake City - te bebouwen. Ze waren de eerste anglo's die een
irrigatiesysteem in Noord-Amerika invoerden, om hun onafhankelijkheid veilig te
stellen. Ook langs de zijtakken van de Escalante River zijn uitlopers van deze
landbouwkundige cultuur te zien - tot en met het gelijknamige plaatsje, dat zijn
naam weer heeft ontleend aan Francisco Silvestre Vélez de Escalante, hoewel deze
Spaanse priester slechts in de verte is gepasseerd. Pas zo'n 100 jaar later
(1875) bereikten de mormonen deze streek en verbaasden zich over de wilde
aardappelsoort die hier groeide: de 'Potatoe Valley' was geboren.
Verder gaat het in Utah-reisritme van maanlandschap, idylle, maanlandschap. Na
lieflijke landbouw wordt de aandacht opgeëist door plotselinge dramatische
afdalingen door rode ravijnen en romatische cañons (de Calf Creek steekt over!).
Slechts af en toe doemt er een gehucht op.
We komen dus langs het Escalante Petrified Forest en de Escalante Canyon (foto's 1 en 2) en langs de Calf Creek Recreation Area (foto's 3 t/m 5). In Boulder zijn we uitgestapt om het Boulder Anasazi Indian Village State Park te bezoeken. Het museum laat zien hoe de Anasazi (1050 na Chr.) hun woningen bouwden (foto's 6 t/m 8).
Boulder. In deze ranching town ligt het Anasazi Indian Village State Park, dat je opwacht met een klein museum en enkele opgravingen, die voor het eerst tijdens deze reis een beeld geven van de woningbouw van de Anasazi, de 'Ouden', die oorspronkelijk (1050) uit de 'Four Corner Region' van de staten Utah, Colorado, New Mexico en Arizona kwamen en tegen 1200 weer vertrokken, zonder dat men precies weet waarom: een voorproef van de latere en aanzienlijk belangrijkere indianennederzettingen in het Zuidwesten. Daarna stijgt de weg en dat betekent automatisch meer naaldbos, trilpopulieren en (tot in mei) sneeuw. De zware rotsblokken op de dorre weiden rondom de meer dan 3000 meter hoge passen van de Boulder Mountain verspreiden een zweem Schotse hooglanden.
Verderop richting Capitol Reef kwamen we midden op de weg met prachtige herfstgele bladeren een kudde koeien tegen die begeleid werd door een heuse cowboy te paard: we waren toch echt in het wilde westen! (foto's 9 t/m 15). Eind van de route is vandaag een hele leuke en mooi gelegen camping in Capitol Reef National Park (foto's 16 t/m 18).
Na even wat gedronken te hebben in het zonnetje zijn we de scenic route gaan rijden en bij het verste punt van de route uitgestapt en 2 uur gaan wandelen in de geweldige gorge aldaar. Betoverend mooi en op het punt waar we omgekeerd zijn zagen we ineens een hele zwerm mooie vogels die zich niets van ons aantrokken en lekker doorgingen met pikken in de droge grond (foto's 19 t/m 35).
De zandsteenrotsen in het woestijnhoogland van de
Capitol Reef behoren tot de spectaculairste en kleurrijkste plooiingen van
het Colorado Plateau, een meer dan 160 kilometer lange zogenaamde waterpocket
fold vol bekkens en poelen, die enorme hoeveelheden regenwater kunnen
hamsteren. De naam van het in 1971 gestichte nationale park drong zich op
doordat men gelijkenissen meende te zien tussen de witte zandsteenkoepels en het
Capitool in Washington.
Al in de omgeving van het Visitor Center
rijzen
de meer dan 300 meter hoge rotsschoorstenen op boven de Fremont River, die door de Navajo de
'slapende regenboog' werd genoemd. En in het dal bloeien en rijpen de fruitbomen naar
gelang van het jaargetijde - kersen, appels en peren, perziken, abrikozen,
moerbeien en pruimen - een soort 'Red Rock Eden' of hortus conclusus. Het
zijn late vruchten van Fruita, een mormonennederzetting die hier vanaf de
jaren 80 van de 19e eeuw tot ver in de 20ste eeuw heeft bestaan en waarvan nog
slechts enkele ruïnes over zijn. De school, een schuur en enkele andere gebouwen
zijn gerestaureerd.
Aanzienlijk schaarser dan de merktekens van dit 'historische landschap' zijn de
sporen van eerdere kolonisten, de indianen van de zogenaamde 'Fremont Culture'
uit de 9de eeuw, die, kennelijk verwant met de Anasazi, hier akkerbouw bedreven,
en in pit houses woonden. Resten ervan zijn nog te zien. Ze werden
ongetwijfeld aangelokt door het water. Maar waarom zijn ze verdwenen? Er zijn,
zoals meestal, verscheidene theorieën: er zouden droge tijden of stammenoorlogen
zijn geweest, waarschijnlijk alle twee.
De smalle kloven en de labyrintische omgeving wekken onwillekeurig
wildwestfantasieën op, over schuilplaatsen en vluchtwegen van de outlaws,
die zich hier aan de achtervolgingen door de sheriff konden onttrekken. En
inderdaad, het wemelt in de omgeving van dergelijke verhalen, in het bijzonder
over 'Butch Cassidy and the Sundance Kid'.
Toen we weer op de camping waren was het al bijna donker (tegen 19 uur), dus maar weer lekker eten gekookt en, als ik het mij goed herinner, vroeg op stok!