Volgende 11-10-2003
Hoofdmenu
Vorige 9-10-2003
Open deze kmz file 20031010.kmz uit de directory GoogleEarthfiles in Google Earth.
Foto's 031010-001 t/m 031010-037. Ze staan in dit zip-bestand.
Goed uitgerust zijn we vanmorgen om 8.30 uur weer op pad gegaan. Vanuit Lone
Pine, waar we benzine tanken. Highway 136 richting Death Valley heeft zich nog maar
nauwelijks op weg begeven en de Owens River gekruist of het landschap lijkt plotseling
te veranderen. Binnen enkele minuten maken de landelijke tafereeltjes van de Owens Valley
plaats voor een meedogenloze halfwoestijn. Rotsplooien treden aan het daglicht
en het losse zand duldt nog slechts sagebrush, een doornig struikgewas
(zie foto 2). Steeds talrijker flankeren
yucca's de mooie route naar de Panamint Mountains. Rode aarde, zwarte stenen,
groene gewassen, staalblauwe hemel: de woestijn bekent nog kleur. Dat blijft
niet zo. De rit naar het Dal van de Dood doet denken aan een zachte maanlanding.
Death Valley, de Shoshone noemden het tomesha, 'brandende grond'. De
eerste kolonisten gaven het dal een nog noodlottiger naam toen ze het in 1849 op
zoek naar goud passeerden in de hoop een kortere weg te hebben gevonden. Maar ze
waren verkeerd ingelicht. Alles wat ze vonden was zilte grond en de weinig
opwekkende aanblik van de Panamint Mountains, die hun de weg leken te
versperren.
Bij plaatsmarkering 'Ingang van Death Valley National
Park (foto's 1 t/m 4)' rijden we het national park binnen.
Na foto 3 zien we nog een talkmijn. De
plaatsmarkeringen 'Death Valley (foto's 5 t/m 8)' en
'Duinen in Death Valley (foto's 9 t/m 11)' liggen in de buurt van
Stovepipe Wells. Alleen van die namen krijg je het al warm.
Hier krijg je de eerste echte woestijnervaring van deze reis. Het is
verbazingwekkend hoeveel er schuilgaat in de verblindende, door de wind
gerimpelde zandbergen: grassen, creosootstruiken, die bijzonder lange wortels
ontwikkelen, of de mesquite-bomen met hun diepgravende wortelstelsel,
waarvan de gele boonachtige vruchten al door de Shoshone werden gewaardeerd.
Afgezien van enkele onvermoeibare kevers en hittebestendige hagedissen verblijft
de woestijnsamenleving overdag bij voorkeur ondergronds, waar het koeler en
vochtiger is. Men pleegt er pas 's avonds op uit te trekken, zoals de buidelrat
of de sidewinder, een uitermate giftige ratelslang die zich zijwaarts
springend voortbeweegt.
De plaatsmarkering 'Borax Works (foto 9)'
spreekt voor zichzelf. Borax is een witte kristallijne substantie die onder
meer wordt gebruikt bij de vervaardiging van keramiek en glas, maar ook voor
zeep, cosmetica en antivries. In de badlands van Death Valley, met name
in de zoutpannen van de drooggevallen meren, werden bijzonder rijke vondsten
gedaan, die omstreeks de eeuwwisseling (1885 - 1907) met lange, door twintig
muilezels getrokken karren werden weggevoerd. Deze twenty mule teams
trokken naar Mojave, het dichtsbijzijnde spoorwegstation, zo'n 260 km verder.
Om 12.15 uur zijn we bij
Furnace Creek Ranch camping (zie plaatsmarkering).
Je kunt er zelf een plaats uitzoeken. Dan bij de ingang $5 betalen en een strookje met
naam op de uitgezochte plaats aan een paaltje hangen, zodat men weet dat deze plaats
bezet is. Goed systeem en er is geen voortdurende bezetting van de receptie voor nodig.
Veel plaatsen zijn al bezet, vooral die met een beetje schaduw. Want warm is het wel
vandaag. Maar er is nu vrijwel niemand op de camping. En er is ook geen hookup,
electriciteit of water. Ik dacht dat er ook een camping met hookups in Death Valley
was en we besluiten om eerst even verder te kijken. We kunnen altijd nog terugkomen.
Een plaats is er dan nog wel. Bij het Visitor Center (dat bij alle parken en
bezienswaardigheden aanwezig is!) verwijzen ze ons naar Furnace Creek Ranch, waar
misschien nog een plaatsje met hookup vrij is. Dat blijkt ook zo te zijn voor
$28. De meeste RV plaatsen zijn daar langdurig door reusachtige campers en
pickups bezet, velen met komplete tuintjes en zelfs vijvers midden in de
woestijn. Wat zouden die mensen daar in die woestijn toch zoeken: er is buiten
de prachtige (!) woestijn en de golfbaan niets te doen. (zie
plaatsmarkering Furnace Creek Ranch Foto's 28 t/m 37).
Wij lunchen in de RV (met de airco aan op de electriciteit van de camping, 50
Ampere). Wat is dat toch fijn om lekker in je camper op je gemak met koeling te
kunnen zitten en eten. Daarna met de RV naar Zabriskie Point (zie
plaatsmarkering Foto's 12 t/m 19)
en
Dante's View (zie plaatsmarkering Foto's 20 t/m 27)
gereden.
Zabriskie Point behoort ongetwijfeld tot de toeristische hoogtepunten van het
dal van de dood en biedt in een klap twee déjà vu's: de spectaculaire en
tegelijk door talloze foto's gefascineerde aanblik op bizarre rotsformaties en
het weerzien met de plek waar Michelangelo Antonioni zijn gelijknamige film
heeft opgenomen, waarin minnende paartjes als lemuren door de woestijn
kronkelen. Verderop voert een zijweg van de S190 naar Dante's view. Deze weg
overbrugt met vele kronkelingen langs kleurige stenen het niet geringe
hoogteverschil van meer dan 1000 meter. In Google Earth moet je steeds verder
uitzoomen om niet op de grond te belanden, en dus niets meer te zien. Boven kun
je, naar gelang van de stand van de zon, gele, oranje, rode of paarse wonderen
beleven. Hoe later het is, hoe mooier de wereld er van bovenaf uitziet, tot de
bergtoppen in oost en west tenslotte langzaam uitdoven: een Californische
godenschemering. We begrijpen nu wel waarom Moturis, de camperverhuurder, niet
wil dat er in de maanden juli en augustus met hun campers door Death Valley
wordt gereden: de kans op oververhitting van de motor is dan levensgroot, en zie
hem dan maar weer eens op een lagere temperatuur te krijgen. De verzekering
keert niet uit als je toch dat risico neemt.
Om 16 uur waren we weer op de camping. Gonny doet de was in de laundry vlak naast onze RV en ik kijk wat rond. Restaurants, golfbaan, zwembad, veel hotelkamers en veel (min of meer) groen gras en palmbomen. Die zien er niet zo best uit, maar toch! Na de was zijn we lekker gaan zwemmen in een hottub van 25 bij 12 meter of zoiets (foto 28). Maximaal 168 personen stond er aangeplakt! Het water was zeker 35 a 40 graden, alleen door de zon verwarmd. Net zoiets als Thermae 2000, maar dan met een pietsie chloor. Er blijken relatief veel Nederlanders te zijn. Na het heerlijk ontspannende bad eerst nog wat rondgelopen over de golfbaan en gekeken in het openlucht museum (foto's 29 t/m 37). Het treintje op foto 35 en 36 staat pal voor de hoofdingang van Furnace Creek Ranch en is vroeger bij de mijnbouw gebruikt. Daarna lekker gaan eten in het Wrangler Steakhouse. Bediening was ook hier super vriendelijk, net als overal. Iedereen is vrolijk en doet gezellig. Bijzonder prettig fenomeen. Bediening is dan ook niet bij de prijs inbegrepen. De prijs is exclusief belasting (BTW) en bediening. Je wordt geacht 15% fooi te geven, behalve als je de service slecht vindt! We begonnen overigens met een groente buffet. Dat kon je zelf opscheppen uit een hele verzameling schalen en schaaltjes. Natuurlijk namen we daar te veel van en toen daarna de hoofdschotel kwam (BBQ platter) konden we daar weing meer van op. Spareribs, een halve kip en nog ander geroosterd vlees. Zelfs ik heb de kip niet eens aangeraakt! Dit alles met een biertje voor Gonny en een heerlijk glas huiswijn voor Paul. Ijs en sorbet toe. Je zat daar helemaal binnen: de ramen naar buiten waren met luiken afgesloten. En het was relatief koud binnen. Er draaide een knots van een airco, maar je had er geen last van. Het was er heel plezierig zitten en goed eten.